dinsdag 22 juni 2010

Horta

Na een nachtje doorhalen, liggen we nu voor anker in de haven van Horta.
 
Even slapen!
 
Groet,
Marc

maandag 21 juni 2010

tussen Pico en São Jorge

(spreek uit: sao gorge)
 
Na een nacht die werd gedomineerd door São Miguel (zichtbaar vanaf een uur of 8 gisteravond tot een uur of 12 vandaag) was het een enigszins grijze dag. Bewolking, motregen, weinig zicht. Gelukkig zijn er dan een paar zaken die je dag nog kleur geven: een winddraaing van 100 graden, waardoor we overstag moesten maar op dezelfde koers verder voeren, Portugese Oorlogsschepen (soort kwallen met een zeiltje) waarvoor we een paar keer zijn gaan bijliggen om ze beter op de foto te kunnen zetten, en dolfijnen die in een kringetje rondzwemmen, kennelijk op jacht naar vis.
Vanavond bij het eten (uiensoep vooraf, en de al aangekondigde lasagna) constateerden we dat het leven bijzonder simpel kan zijn. Beetje varen, beetje naar beestjes kijken, en beetje lekkere dingen eten.
 
We lopen Faial nog tijdens donker aan, zoals het er nu naar uitziet.
 
Groet,
Marc

zondag 20 juni 2010

opnieuw inslingeren...

We zijn weer onderweg, en dan blijken vier dagen op Santa Maria genoeg om de zeebenen weer kwijt te zijn... Jaammer alweer. Dus vooral lekker in de frisse lucht zitten!
 
En da's helemaal niet erg; windje 3 op de kop, zonnetje, rustig zeetje.
Onze koers voert ons langs São Miguel, het grootste eiland van de groep. Of eigenlijk: tegenaan. De wind komt iets teveel uit het westen om het eiland vrij te kunnen zeilen. Op een afstand van 35 mijl zien we het al duidelijk liggen. Huibert vroeg net of we 'tussen de twee eilanden door gingen'. Nou, nee, op deze koers varen we er recht tegenaan. De verwarring werd verklaard doordat aan de linker en rechterkant van het eiland de bergen zo'n 500 meter hoger zijn dan in het midden; het grootste deel van het eiland zit dus nog eigenlijk achter de horizon!
 
Uiteindelijk willen we via het Canal de São Jorge, tussen São Jorge en Pico doorvaren, om dan linksaf te slaan naar Faial. De toeristische route zeg maar, met voldoende te zien tussendoor. Vanavond hadden we ook alweer dolfijnen voor de boeg. Ben benieuwd of we nog walvissen gaan zien.
 
Oh ja, qua eten was het aardappelen met een ratatouille van courgette, paprika en ui (alles uit Frankrijk, dus zo'n twee weken goed gebleven onderin de boot) met gehakt uit blik. Morgen doen we een lasagna van de witte kool die nog uit Nederland komt (dus dik drie weken OK). Als het zo doorgaat eten we elke dag 'verse waar' en blijven de blikken voor het grootste deel gesloten.
 
Groet,
Marc

of we go again!

Vandaag gaan we verder naar Faial. Voor het eerst sinds tijden weer eens echt aan de wind en kruisen! Waarschijnlijk zijn we er tegen dinsdagavond.
 
Later meer.
 
Groet,
Marc

woensdag 16 juni 2010

we zijn er!

Zojuist, om 18.45 legden we aan in Vila do Porto op Santa Maria, na alweer een mooie dag zeilen (en natuurlijk voor de wind afkruisen). We hebben nog even een kijkje genomen bij de Formigas, een paar rotspunten tussen Santa Maria en São Miguel. Daar vooral heel veel vogels.
Bij het aanlopen van Santa Maria werden we verwelkomd (althans, dat maakte ik d'r maar van) door een kudde dolfijnen rond de boeg. Oh ja, we hebben net ook nog een schildpad laten kopje duikelen door ertegen aan te varen (nee, niet expres).
 
En nu: biertje! (en misschien een douche)
 
Groet,
Marc

dinsdag 15 juni 2010

ritme van de golven

Weer zo'n dag vandaag dat je je afvraagt: 'wat is er ook alweer gebeurd?'
Eigenlijk zijn het niet de dagen die zich aaneen rijgen, maar de wachten. 4 uur op, 4 uur af, je raakt in een raar ritme waarbij echt het logboek nodig is om te bedenken wat wanneer, en welke dag überhaupt.
De golven zijn nu weer wat groter, nadat de wind weer een tijdje met 5Bf heeft doorgestaan. Aan het begin van de dag leek het inderdaad het verwachtte gennaker-weer, maar toen het ding aan dek lag stond er weer meer wind. En om nu gekke grappen uit te gaan halen met 80m2 midden op de oceaan...
De stuurautomaat begon vandaag wel heel erg te knerpen, zodat we de reserve motorunit hebben gemonteerd. Verder was het rif uit-rif in, en een paar keer gijpen (voor de wind afkruisen).
 
De hele dag hebben we geen schip gezien, en ook aan het dierenfront is de oogst mager. Het vogelspotten begint inmiddels wel serieuzere vormen aan te nemen. Vandaag konden we als nieuwe soorten noteren: Kuhls Pijlstormvogel (mooi, rank en sierlijk), Bulwers stormvogel (idem, maar dan bijna zwart), en Wilsons stormvogeltje (soort zeezwaluw). Je ziet, men doet hier nogal aan stormvogels. Appelvinken zou ook wel bijzonder vreemd zijn in deze omgeving natuurlijk.
 
De afstand tot ons waypoint op Santa Maria is nu 128 mijl, zodat we verwachten om morgen tegen de avond binnen te lopen (woensdagavond). Dat is dan dus een bijzonder snelle overtocht, maar ja, wat wil je bij constant ruime wind, met minstens 3-4 Bf en vaak meer.
 
Qua eten is de koelkast inmiddels leeg, en aten we vandaag de kliekjes van eerdere dagen...
 
Tot zover,
Groet,
Marc
 
 
PS: voor het versturen van dit bericht zijn we afhankelijk van een kwetsbaar electronisch apparaat. Een tijd geen bericht betekent niet direct paniek!

maandag 14 juni 2010

ingeslingerd, maar nu echt

Vandaag hadden we een 'gebeurtenis': we zijn gegijpt! Na 5 etmalen ruime wind over bakboord, liggen we nu alweer drie uur over stuurboord. En voor je nu meewarig kijkt; dat is een wezenlijke verandering aan boord. Huibert stootte bijvoorbeeld z'n hoofd tegen de giek, die daar helemaal niet hoorde te hangen! Nu ja, de jachtigheid van Nederland hebben we dus wel een beetje achter ons gelaten.
"Op deze koers hebben we meer de zon in de kuip 's avonds, da's wel luxe!", zegt Huibert net.
 
Vannacht was de eerste heldere sterrennacht. Er is nu geen maan 's nachts, en het was de eerste nacht zonder veel wolken. Bijzonder prachtig. De zee werd erdoor verlicht; een aangenaam contrast met de nachten ervoor toen het werkelijk aardedonker was en ons toplicht de wereld om ons heen tot een meter of 200 verkleinde. Als extraatje vanmorgen kregen we Jupiter te zien, die op dit moment waarneembaar is aan de vroege oostelijke ochtendhemel (dat u het even weet!). Voor ons is die ochtendhemel overigens niet heel erg vroeg, aangezien we nog steeds de NL zomertijd als boordtijd gebruiken, maar inmiddels wel 20 graden zijn opgeschoven. In praktijk betekent dat dat we drie uur achterlopen op de plaatselijke zonnetijd (dat is dat om 12 uur de zon op z'n hoogst staat). Dus als ik om 24.00 op wacht kom, duurt het nog een paar uur voor het écht donker is. 
 
Qua ontmoetingen hebben we het afgelopen etmaal geen schip gezien. Wel drie walvissen die zich verraadden aan hun uitblaaswolkjes. Grappig; nog nooit zoiets gezien, maar het is onmiskenbaar hetzelfde als alle plaatjes en tekeningen in je jeugd je hebben geleerd. Na enige tijd lieten ze ook hun kolossale lijven zien (althans, het bovenste deel ervan). Verder heeft Huibert met succes de gekke 'rotte sinaasappelen' of 'aangegroeide tennisballen' aan boord gehesen. Het blijkt een soort clustertje van zeeanemonen te zijn. Waar ze van leven is me een raadsel; het water is hier zo schoon en helder dat het de blauwe kleur van spiritus heeft (temperatuur is wel met 3 graden toegenomen sinds Brest, tot 15 graden). Daar kan dus niet veel voedsel inzitten (gelukkig voegen wij nog wat toe). Qua beesten zijn we nu nog op zoek naar schildpadden en Portugese oorlogsschepen (grote kwallen). Zelf zou ik ook nog wel een vliegende vis willen zien (tot nu toe alleen door Huibert gespot).
 
De wind houdt zich aan de verwachting, en is aan het afnemen (maar nog niet zover dat we een gennaker gaan hijsen). Op dit moment is de te varen afstand nog 260 mijl. Met de daggemiddelden van afgelopen tijd zou dat 1,5
dag varen zijn, maar de inzakkende wind maakt dat wat onzekerder. Waarschijnlijk wordt het donderdag.
 
Qua eten werden we enigszins bepaald door de accucapaciteit. Het bewolkte weer - minder stroom uit de zonnecellen - in samenhang met de ruime koers - minder stroom uit de windgenerator - en daarbij Marc die de radar een nacht vrolijk liet doorbrullen (wel onder z'n kap zodat het niet werd opgemerkt) betekenen een bijzonder lage accuspanning. De minder belangrijke functies werden dus uitgeschakeld, en de koelkast was er daar één van. Vanavond aten we daarom een lasagna met spek (en spitskool uit NL) met een salade van komkommer en tomaat en heeel veel fèta. Wij klagen niet.
 
En dan, qua ingeslingerd; we zijn nu zo lang op zee, en er is zoveel veranderd t.o.v. de Noordzee dat we eindelijk het gevoel hebben 'echt los' te zijn. Dit mag nog wel een tijdje doorgaan!
 
Tot slot was ook vandaag de stemming weer zeer goed (best bijzonder na een beetje mailcontact en één weekendje proefzeilen).
 
Groet,
Marc
 
 
 
PS: voor het versturen van dit bericht zijn we afhankelijk van een kwetsbaar electronisch apparaat. Een tijd geen bericht betekent niet direct paniek!
 
 

zondag 13 juni 2010

Alweer een dag

En dat was alweer de vijfde dag op zee. Vannacht zag ik dat we op de helft waren; 570 mijl de ene kant op, 570 mijl de andere kant hemels breed gezien. totaal gelogde mijlen 825, in 104 uur! 
Verder eigenlijk weinig bijzonderheden. Misschien is dat nog wel het bijzonderst; we varen al de hele tijd ruime wind over bakboord. Soms ietsje scherper, soms ietsje ruimer. Alleen de windsterkte varieert soms wat, zodat er een rifje uit of bij kan.
Qua ontmoetingen zitten we vandaag op drie schepen, 8 dolfijnen gedurende een kwartier rond de boegen, en een vliegende vis. Oh ja, een vogeltje dat zeker een stormvogeltje is, maar waarvan we er nog niet uit zijn of het een Wilsons-, Vaal-, of Madeirastormvogeltje is.
Qua eten vandaag een lichte dip; de couscous en begeleidende saus was OK, maar de interpretatie van de 'kipschnitzel' door Lupak is niet om over naar huis te schrijven (laat staan over te bloggen).
Stemming verder prima.
 
Tot zover,
Groet,
Marc
 
PS: voor het versturen van dit bericht zijn we afhankelijk van een kwetsbaar electronisch apparaat. Een tijd geen bericht betekent niet direct paniek!

zaterdag 12 juni 2010

... en aan de hemel was kreukel nog plooi

Dat eten werd geroosterde zalm incombinatie met rijst en een groentemix van courgettes, paprika, ui en (de laatste verse) champigons. Aan het eten zal het in ieder geval niet liggen.Vanavond hadden we artisjokken!

 

Vanmiddag hebben we besloten dat onze haven van aankomst 'Vila do Porto' gaat zijn, op Santa Maria. Het meest oostelijke eiland van de groep, het minst bezocht door zeilers, maar wel de springplank van Columbus' reizen! Zoals het er nu naar uitziet (voor zover we dat nu natuurlijk kunnen overzien) zouden we nog voor volgend weekend aan kunnen komen. Huibert vliegt pas op de 27e terug, dus we hebben de tijd om niet direct naar Faial te varen.

 

Vandaag hadden we de rustigste dag tot nu toe (5Bf) en ook de meeste zon. En opletten blijft het devies; vandaag hadden we een bulkcarrier dichtbij (dit keer konden we z'n naam niet lezen, en reageerde hij wel op oproepen. Maar om ons op de radar te zien zou 'ie echt aan knoppen moeten gaan draaien). En vannacht stond ik bij de computer, en had de radar bij staan; op 11 mijl passeerde een schip.

 

Qua zeeleven konden we weer een dolfijn scoren (op afstand) en zag Huibert opeens een 'stoomwolk' niet ver achter de boot; walvisachtige ademde uit. Geen idee van soort.

 

Verder is de stemming opperbest en hebben we het prima naar onze zin.

 

Groet,

Marc

vrijdag 11 juni 2010

zij zeilden lekkertjes...

We zijn nu dik twee etmalen onderweg, en het gaat echt supergoed. Qua positie zitten we iets ten NW van Kaap Finisterre (NW Spanje). De wind is wat afgenomen tot 5-6 Bf en we varen onder fok en 3x gereefd grootzeil, ongeveer tussen halve en ruime wind.
 
De zee is wat kalmer dan we tot nu toe hadden. Nadat we het continentaal plat echt afwaren begonnen de golven langer te worden, maar stond er nog steeds een kortere overheen die ons goed deed klotsen. De wasmachine van helemaal aan het begin met John en Paul stond weer volop te draaien! Van die tocht hebben we wel geleerd dat de schotjes continue in de deuren blijven (met lijntjes eraan!) zodat het nu niet zo'n natte kliederbende is. Bovendien hebben we de wind nu ruim; dat scheelt ook een jas. Overigens betekent dat niet dat het nu niet meer heen en weer gaat! Af en toe maakt de boot fikse schuivers, en van mijn opscheppen dat 'alles hier altijd blijft staan' is echt niets meer over. Alles valt namelijk vroeg of laat allemaal om, zodat 'zeevast zetten' weer een begrip is geworden. De snelheden die we in de surf halen hebben alle records tot nog toe (14.3) verpletterd. Keertje 15, keertje 16 en uiteindelijk hebben we in een lange surf 17.1 knoop gehaald! Overigens was het toen wel hoog tijd nog meer zeil te minderen. Tot een knoop of 14 gaat het helemaal OK, maar daarboven krijgt de boot het toch wel flink te verduren.
 
Qua ontmoetingen hebben we inmiddels de eerste groep dolfijnen rond de boot gehad. Eventjes schoten ze heen en weer voor en onder de boot, en toen besloten ze weer weg te gaan. Verder hebben we twee grote zeeboten gezien; een bulkcarrier die ons langzaam inhaalde, en een containerschip dat ons tegemoet voer. Die laatste kwam zo dichtbij dat we naam konden lezen, wat wel handig was bij het oproepen op de marifoon ("I think this is pretty close!"). Tenslotte nog een zeilschp dat de andere kant op voer. Aan de wind hier tegenin kan dus ook.
Kortom, de zee is dan wel woest, maar geenszins ledig.
 
Qua weerbeeld hebben we het goed getroffen. In de weken voor vertrek lag er een lagedrukgebied boven het Iberisch schiereiland en een hoog op de oceaan. Daartussen lag een langgerekt gebied waarin de wind van NO naar ZW woei; precies van de ingang van het Kanaal naar de Azoren. Begin mei was dat systeem weg, en ik maakte me al op voor allerlei depressies waar we ons doorheen zouden moeten boksen. Inmiddels is de situatie weer hersteld; laag boven Spanje/Golf van Biskaje en een hoog boven de Azoren. En dat lijkt zich zo te houden tot  we er zijn. Helemaal OK dus.
 
De stemming is dus goed, de voortgang idem, nu alleen nog bedenken wat we vanavond gaan eten...
 
Groet,
Marc
 
PS: voor het versturen van dit bericht zijn we afhankelijk van een kwetsbaar electronisch apparaat. Een tijd geen bericht betekent niet direct paniek!

donderdag 10 juni 2010

ingeslingerd

Zojuist hebben we een pasta carbonara achter de kiezen; macaroni met spek, room, champignons en courgette. Blijft weer lekker dus!
 
Gedurende de nacht ging het harder waaien, en hebben we steeds meer reven gezet. Nu varen we op alleen de fok (ongereefd, dat dan weer wel). De wind komt uit het noord-noordoosten, 6à7 Bf. We zijn vanaf een uur of acht vanmorgen van het continentaal plat af aan het varen, en inmiddels moet je een minuut of twintig rennen (bij 12km/uur) om de bodem te bereiken. Best diep dus. De golven worden al langer en langer. Het lijkt wel oceaan!
 
Huibert heeft de eerste dolfijnachtigen voorbij zien zwemmen; ze waren 'onderweg' en haalden ons vlot in. Kennelijk geen zin of tijd om even rond de boegen te dartelen. Inmiddels zijn we ook aan een wachtensysteem begonnen (grofweg 4 uur op / 4 uur af).
 
Kortom, alles gaat z'n gangetje. De windverwachting is dat we dit zo houden tot in de loop van vrijdag, en dat 'ie dan wat af gaat nemen.
 
Tot zover,
Groet, Marc
 
PS: voor het versturen van dit bericht zijn we afhankelijk van een kwetsbaar electronisch apparaat. Een tijd geen bericht betekent niet direct paniek!

woensdag 9 juni 2010

Eerste middag

Vanmiddag om 12 uur maakten we los. We wilden al wat eerder weggaan, maar een vriendelijke Duitser stond erop dat we eerst zouden wachten totdat hij een weerfax uit Hamburg had ontvangen. Die gaf geen ander beeld dan we al hadden vanaf zondag (vertrekken met weinig wind, dan een tijdje hardere wind op de kont, en daarna met een ruimewindse koers richting Azoren). 
Tot een uur of drie was er inderdaad nauwelijks wind, en hebben we gemotord om enige voortgang te hebben. We willen snel westelijk komen, omdat hier onder de kust de wind straks het ongunstigste is. Vanaf drie uur echter maken we goede voortgang onder fok en grootzeil. Nu is het rustig weer, met een lange oceaandeining uit het westen en wat kortere golfjes uit het noordoosten daarover heen. Bakstagwindje 3-4; prima.
Vanavond hebben we culinair uitgepakt met lamscoteletten en mango na.
 
Tot zover.
Groet,
Marc
 
PS: voor het versturen van dit bericht zijn we afhankelijk van een kwetsbaar electronisch apparaat. Een tijd geen bericht betekent niet direct paniek!

Weg!

Gisteren inderdaad rondgetoerd en de laatste boodschappen gedaan. Bij het meest westelijke landpuntje hebben we een tijdje naar het zuidwesten gestaard; ons uitzicht voor de komende dagen. En 's avonds kreeg ook Huibert de ervaring van 'Crab Marteau' achter de kiezen.

Nu is de boot vol, zijn de tanks opgetopt, en is er geen reden voor langer dralen.

Tot later op het water!

Groet,
Marc

maandag 7 juni 2010

Vooruit kijken

Zaterdagochtend vroeg vertrok John naar Gent, en 's avonds kon ik Huibert ophalen van het station. In de tussentijd had ik nog wat klussen gedaan, door Brest gelopen, en heel veel babbels met Fransen gehad. Het voelde helemaal vakantie.
Gisteren en vandaag hebben we verder geklust; de voorbeam opnieuw volgeschuimd om de lekkage in de bb boeg te verhelpen, nieuwe smeerrepen ingeschoren (voor het zetten van de reven), en het zee-anker echt gebruiksklaar gemaakt. Je blijft altijd bezig! Inmiddels is alles klaar en zijn we helemaal voorbereid.
 
Het verhaal van Paul is een mooie afsluiting van de eerste stap. Het is raar om te merken dat het maken van een dergelijke tocht niet alleen een stoer avontuur is, maar je ook aan het denken zet over het hoe en waarom in het leven.
 
Nu kijken we weer vooruit. De weerkaarten en gribfiles laten zien dat we woensdag de grote sprong gaan maken richting Azoren. We starten dan met weinig wind in de kern van een lagedrukgebied, krijgen na een dag stevige wind op de kont, en mogen daarna de gennaker hijsen voor een ruimewinds rak. Althans, dat is wat we nu voor de komende vijf dagen kunnen voorzien.
Morgen zijn we 'vrij', en huren we een auto om nog eens wat vuurtorens van de landkant te gaan bekijken en de laatste (verse) inkopen te doen.
 
Groet,
Marc

zondag 6 juni 2010

Verslag door Paul


      ................ In 1982 kreeg ik van mijn opa het boek van Herman Jansen (De horizon zeilde mee, dag na dag;
      Herman Jansen was de eerste Nederlander die solo rond de wereld zeilde). Sindsdien heb ik gedroomd van het zeilen
      op de oceaan. Het ritme van de eeuwige deining, de volkomen leegte, en de kunst van je schikken naar wind en
      golven... ...............
 
      .................Toen een aantal mensen uit mijn omgeving, van ongeveer mijn leeftijd, ernstig ziek werden en
      enkelen daar zelfs aan overleden, besefte ik dat dergelijke dromen niet gedroomd, maar geleefd moeten worden. En
      toen ik had bedacht dat ik dat dan maar moest gaan regelen, bleek het eigenlijk veel bereikbaarder dan vooraf
      gedacht. .........
 

      ............Dus toen kwam het weer op mij zelf aan; ga ik dit doen? Durf ik het aan? En het antwoord is JA. De
      boot is klaar, de tijd is geregeld, we gaan............
 

      Deze indringende woorden van Marc waren te lezen in een mail die hij begin dit jaar stuurde. Hij was op zoek naar
      mensen die "een stukje met hem mee wilde dromen". En hoewel ik een haat - liefde verhouding heb met zeezeilen was
      het voor mij eigenlijk niet mogelijk om de uitnodiging naast me neer te leggen.
      Laat ik beginnen met haat en liefde.
      Ik ken zeilen vanuit het varen in Friesland. En dan niet zomaar varen..... Ik heb zeilen lang ervaren als de kunst
      ergens te komen waar de wind je niet wil hebben. Dat roept de energie op van beheersen en strijden. De uitdaging
      aan gaan. Dit resulteerde in het ontwikkelen van vele vaardigheden. De uitdagingen, de sfeer van het traditionele
      zeilschip en het delen van het avontuur met de andere opvarenden gaven mij het gevoel dat ik in het zeilen de
      kunst van het leven kon uitdrukken. Tot zover de liefde kant van het verhaal.
      De haat kent twee aspecten. De eerste ligt (soms letterlijk) voor het oprapen: Zeeziekte. Voor wie dit gevoel niet
      kent: Stel je hebt een flinke kater en je moet om welke reden dan ook toch naar je werk. Niet iets om je op te
      verheugen lijkt me zo. Het tweede aspect van de haat ligt iets subtieler. Op zee duurt het voor mij niet zo heel
      lang voordat vragen zich opdringen: Hoe lang duurt dit nog? Wil ik hieraan wel mijn kostbare tijd besteden?
      Wanneer gebeurt er eens wat? De volkomen "leegte" en het schikken naar de golven gaat bij mij niet zonder slag of
      stoot gepaard. En ik denk dat het je niet zal verbazen dat het eerste en het tweede aspect een versterkende
      invloed op elkaar hebben.
      En zo begon ook dit keer onze reis. Voor de feiten verwijs ik je naar het verslag van Marc van de eerste nacht. Na
      10 uur in de wasmachine van de Noordzee te hebben geklotst laat mijn ervaring zich het best omschrijven met de
      magische woorden van Herman Kuiphof (München 1974) "zijn we er dan toch weer ingetuind.....?
      En er was ook een andere ervaring. Tijdens de heftige hagelbui met 36 knopen wind ((36 + 5) : 5 is 8 bft! En dat
      "aan de wind") werd me duidelijk dat goed voor mijzelf zorgen het enige was dat ik kon doen. Marc had de ruimte om
      goed voor zichzelf, het schip en ons (John, onze Vlaamse medereiziger en ik) te zorgen. Nadat de kou van de nacht
      en de kou van mijn doorweekte kleren zich steeds meer aan mij opdrongen heb ik me dan ook over gegeven aan Marc en
      de kooi van de bakboord drijver van de catamaran. Elf uur later werd ik wakker, we waren toen inmiddels aangekomen
      voor de kust van Calais.
      Achteraf denk ik dat juist deze overgave van cruciaal belang is geweest voor het vervolg van de reis, en dan met
      name mijn beleving van dit vervolg. Na het overleven drongen zich geen existentiële vragen aan mij op die ik
      normaal gesproken wel tegenkom tijdens het verblijf op zee.
      Terug naar het begin. Waarom had ik eigenlijk het gevoel dat ik niet om de uitnodiging van Marc heen kon? Waren
      het de aansprekende woorden van Marc? Of speelde er nog meer? Mijn gedachten gaan terug in de tijd, al weer zo'n
      15 jaar geleden. De tijd dat Marc en ik elkaar regelmatig troffen in Friesland, op de schepen van Prego. Het was
      de tijd dat ik bezig was met het vorm geven van mijn droom: Zwerven door Friesland, samen op stap, ver weg van de
      allerdaagse wereld, het leven léven......... Mijn god wat was het heerlijk dat ik in die tijd veel mooie mensen om
      me heen had. Mensen als Marc, die graag van alles wilden leren over zeilen en wellicht ook over het leven. Mensen
      ook, die de droom konden blijven uitdragen. Ook in tijden dat ik er zelf verstrikt in raakte. Hun passie en
      enthousiasme waardoor ook ik iedere keer weer aan kon haken bij mijn eigen geloof en vertrouwen wist te herwinnen.
 

      Het feit dat ik wel op Marc zijn uitnodiging moest ingaan komt niet voort uit het gevoel dat ik iets goed te maken
      heb. Nee, eerder vind ik het heerlijk om nu eens de droom van de ander, in dit geval van Marc te mogen
      ondersteunen. En ook vind ik het heerlijk om te mogen leren van de leerling die inmiddels zijn meester ver voorbij
      is gevaren......
      Marc, ik heb genoten van de golven die na hun geboorte duizenden mijlen verderop, midden op de oceaan, op ons af
      kwamen rollen. Waarschijnlijk heb ik een glimp opgevangen van "het ritme van de eeuwige deining, de volkomen
      leegte, en de kunst van je schikken naar wind en golven..." Dank daarvoor.
      Ze zeggen dat het realiseren van je droom een angstige aangelegenheid kan zijn. We vluchten maar liever in onze
      dagelijkse beslommeringen. Het getuigd van moed om de trossen los te gooien. Gooi ze helemaal los Marc en geniet
      van de vele momenten waarop vervolgens alles samenvalt......
      Paul.
 
 
 
 
 
 

donderdag 3 juni 2010

We zijn er!

Vanavond om 18.10 legden we aan in Brest. Zonnetje, voor de wind, tamelijk relaxed.
 
De hele nacht stond de gennaker er in z'n eentje op en zorgde voor een snelheid van een knoopje of 3-4. Bij het wisselen van de wacht met Paul om een uur of zes begon de wind wat aan te trekken, zodat de vaart er goed in kwam. Ik ging lekker slapen met de ruis van de snelheid van het schip naast m'n oor.
Na een half uurtje werd ik plotseling wakker van een knal; de knoop waarmee de val aan de gennaker vast zat, besloot los te schieten en de gennaker lag al spoedig voor het schip in het water. Toen ik mijn zeilpak aanhad, lagen we achter een soort zeeanker van 80 m2. De halshoek aan de voorkant van het schip, en de val en slurf klem tussen de roeren. Een klein half uur later hadden we de boel weer aan dek, en konden grootzeil en fok omhoog.
 
Eindelijk een 'gebeurtenis' meegemaakt, volgens John. Ik zelf vond het verhaal van Paul spannender; dat er een catamaran - zonder iemand aan dek - recht op ons af was gevaren. Eerst leek het goed te gaan, maar op het laatste moment had Paul toch moeten uitwijken. Stel je voor, ben je Europoort, Antwerpen en Cherbourg gepasseerd met al z'n grote scheepvaart, krijg je een frontaaltje vlak bij Brest.
 
Maar goed, precies op tijd voor het tijdvenster kwamen we bij het Chenal du Four. Ongelofelijk, twee keer per dag heb je drie uur, en precies aan de voorkant van die drie uur ben je er. In het Chenal begon de wind wat te draaien, zodat we toch nog een stukje mochten kruisen (voor het eerst in de 550 mijl!). Mooi vlak water, rustig windje, zonnetje; wat wenst men nog meer?
 
En nu: biertje, douche en bed!

Groet,
Marc

woensdag 2 juni 2010

Rustig aan...

Gisteravond, met Cherbourg in zicht, leek het logisch te denken dat we donderdag in de loop van de ochtend zouden aankomen. Op een gegeven moment viel de wind echter weg en voeren we (door de stroom) zelfs achteruit. Toch maar tijd om de motor te starten. En die besloot dat vanmorgen om 10.30 de benzine weer op was. Jaammer alweer. Gelukkig stond de wind gunstig voor een gennaker, die net wel/net niet vol te houden was. Oftewel: de laatste 150 mijl gaan niet zo snel als de eerste!
 
Het geeft ons wel de gelegenheid om in de zon te liggen, het eerste brood te bakken, te experimenteren met vistuigen, kortom, het soort dingen doen die je je in je dromen voorstelt bij lekker varen naar het zuiden. Vanavond heeft Paul voor een lekkere pastaschotel gezorgd, mét tomatensalade, en heeft John dat culinair afgemaakt met een fruitsalade en koffie met een 'talleure' (diverse soorten koeken op een bord). Eigenlijk stond de middag dus volledig in het teken van eten. Jammer dat het in dat kader niet lukte om de paravaan aan de praat te krijgen die het vistuig goed onder water moet houden; eten uit de zee om ons heen blijft dus voorlopig lastig.
 
De oceaandeining staat hier al lekker door, ten noorden van Guernsey (waar liggen die Kanaaleilanden nou ook alweer? En hoe kan het eigenlijk dat die Engels zijn en toch zo ergerlijk voor de Franse kust liggen?). Na een mooie zonsondergang komt er een prachtige sterrenhemel tevoorschijn. We hebben zo wel elk weertype voorbij zien komen in de afgelopen dagen; veel wind met regen, veel wind zonder regen, geen wind met regen, zon en windstil, zon en wind... We kunnen wel weer naar huis (ook omdat de oceaandeining die ik zocht ook al gewoon hier te vinden is..).
 
Nu ja, eerst nog een mijl of vijftig naar het 'Chenal du Four', een rotspaadje tussen de Bretonse kust en het 'Ile d'Ouessant' richting Brest. Vanmiddag heb ik die route voorbereid en drie keer gedubbelchecked. De Noordoostpolderdijk in 2008 was voorlopig voldoende steen voor de tere rompen van de Glatisant! We moeten daar morgen (donderdag) tussen 11 uur 's ochtends en 2 uur 's middags zijn, of 12 uur wachten, of om Ouessant heenvaren. Met de huidige snelheid moet het net te doen zijn, zodat we dan donderdag in de loop van de middag in Brest zouden kunnen zijn (als deze wind tenminste blijft staan).
 
Tot zover weer,
Groet, Marc

dinsdag 1 juni 2010

Gaat lekker

Inmiddels zitten we vlak boven Cherbourg. Vandaag begon inderdaad met motoren (een uur of 10) maar om een uur of acht kon het zeil er weer op. Aan het einde begon de wind te ruimen, van zuidoost naar uiteindelijk noord. Tegelijk kwam er wat mist op zetten, dus kon de radar er bij. Heerlijk ding, zo'n scherm met stipjes. En bij Cherbourg nuttig bovendien.
 
Van de bemanningsleden kunnen we nu wel stellen dat iedereen danig is ingeslingerd. Paul begon al een heel verhaal over echte zeelieden die lachten tegen Frankrijk (wat een paar pillen cinnarizine al niet met een mens kunnen doen!). Het koken lukt ook op een slingerend schip vrij goed; tot nu toe hebben we elke avond warm eten gehad, alleen de eerste avond was het wat simpeler uit potjes. Men klaagt nog niet (en als u het nog niet wist: over het algemeen reageert bemanning bijzonder geprikkeld op mindere kwaliteit voedsel).
 
Met dit onregelmatige slapen is het een beetje lastig om te bedenken welke dag het ook alweer is, en wanneer wat precies gebeurde. Je pikt belevenissen uit die op wat voor manier dan ook indruk hebben gemaakt, en relateert andere zaken daaraan. Gebeurde dat nu voor of na die heftige golf voor de Zeeuwse kust, bijvoorbeeld. Ook is het grappig om te zien hoe het licht en de kleuren veranderen met een beetje meer zon, of juist wolken of mist.
 
Tenslotte heeft het geklots en het water binnen wel opgeleverd dat ik eindelijk weet waar het lekwater in de linker boeg vandaan komt; Huibert kan een boodschappenlijstje verwachten voor de 'epoxy-boer', zodat we daar in Brest een einde aan kunnen maken.
 
Groet,
Marc